Situatie
Pieter en Suzan besluiten begin 2015 dat ze niet meer samen verder willen, het botst te vaak tussen de twee. Over de manier van opvoeden van hun drie kinderen – Sjors (9 jaar), Do (7 jaar) en Nova (3 jaar) – zijn Pieter en Suzan het gelukkig wel eens. Mede daarom besluiten ze voor co-ouderschap te gaan. Er wordt een kindrekening geopend waar elk kwartaal de kinderbijslag op gestort gaat worden. Daarnaast gaan Pieter en Suzan ieder € 50 per maand op de rekening storten. De tijd dat de kinderen bij de ouders zijn wordt eerlijk gedeeld. Pieter is arbeidsongeschikt en heeft een uitkering van bruto € 1.200 per maand. Suzan is docente en verdient circa € 2.800 bruto per maand.
Vooral Pieter maakt zich zorgen om zijn financiële positie na de scheiding. Hij heeft ergens gelezen dat fiscaal voordeel te behalen is wanneer de kinderen op zijn adres ingeschreven staan. Suzan gaat hier niet zomaar mee akkoord, zij wil ook fiscaal voordeel. De tot nu toe zo harmonieuze scheiding dreigt volledig uit de hand te lopen. Pieter en Suzan besluiten advies in te winnen, hoe zit het nu echt?
Inkomensafhankelijke combinatiekorting
Werkende ouders met kinderen onder de 12 jaar hebben recht op de inkomensafhankelijke combinatiekorting (hierna: combinatiekorting). Omdat Pieter een uitkering heeft en dus niet werkt, hebben Pieter en Suzan deze korting tot op heden nooit gehad. Suzan heeft gehoord dat dit anders is als ze gescheiden zijn, maar vraagt zich af of zij nog steeds recht op de combinatiekorting heeft als de kinderen bij Pieter ingeschreven staan.
Het antwoord op deze vraag is kort en bondig: ja. Suzan is namelijk co-ouder en de kinderen verblijven tenminste 3 dagen in de week bij haar. De combinatiekorting bedraagt voor Suzan € 2.152 op jaarbasis (2015). Pieter heeft ook in de nieuwe situatie geen recht op de korting, omdat hij geen arbeidsinkomen heeft.
Voor de combinatiekorting maakt het dus niet uit waar de kinderen ingeschreven staan. De eerste hobbel is genomen, maar er is nog meer.
Tip: zijn de kinderen minder dan 3 dagen bij Suzan, dan zorgt gescheiden inschrijving ervoor dat Suzan toch recht heeft op combinatiekorting.
Kindgebonden budget
Een andere tegemoetkoming voor ouders is namelijk het kindgebonden budget. Dit is een bijdrage (toeslag) van de overheid in de kosten van kinderen tot 18 jaar. De hoogte van de toeslag is afhankelijk van het aantal kinderen, de leeftijd en het inkomen van de ouder. Pieter heeft uitgerekend dat als alle kinderen bij hem worden ingeschreven hij recht heeft op € 421 per maand aan kindgebonden budget. Een fors bedrag van zijn totale inkomen en daarom is Pieter heel stellig: de kinderen moeten bij hem worden ingeschreven. Suzan twijfelt of dit niet handiger kan.
De berekening van Pieter klopt, hij kan maximaal € 421 p.m. aan kindgebonden budget krijgen. De twijfel van Suzan is echter terecht, het kan handiger. Door Nova bij Suzan in te schrijven krijgt zij recht op circa € 240 kindgebonden budget per maand. Pieter op zijn beurt hoeft door deze gescheiden inschrijving slechts € 15 per maand in te leveren. Het fiscale voordeel van de aparte inschrijving bedraagt per saldo dus € 225 per maand. Verder voelt het voor Suzan ook gewoon beter als één van de kinderen bij haar ingeschreven staat.
Na het zien van de cijfers was Pieter snel overtuigd, het extra geld komt uiteindelijk ook de kinderen ten goede. Dankzij de toelichting van de adviseur was de lucht weer geklaard tussen Pieter en Suzan.
Slot
Een scheiding is een rollercoaster van emoties, waarbij de situatie tussen de ex-partners snel uit de hand kan lopen. De (financiële) toekomst is onzeker en dat brengt vaak onrust. Zijn er kinderen in het spel, dan is het des te belangrijker dat de band tussen de ouders zo goed mogelijk blijft. Bij Pieter en Suzan zorgde het advies ervoor dat de rust wederkeerde. Ik ben van mening dat het verstandig is al aan het begin van de scheiding goed financieel/fiscaal advies in te winnen. Het geeft partijen rust en kan ontzettend verhelderend werken.