De Belastingdienst heeft vorige week gezegevierd in een geschil met British American Tobacco. De rechtbank Noord-Holland gaf de fiscus grotendeels gelijk in een uitspraak die onderdeel is van een grotere juridische strijd. Het geschil laat zien wat volgens de dienst niet en volgens de tabaksfabrikant wel mag om zo min mogelijk belasting te betalen in Nederland.
Factoringdiensten niet aftrekbaar
De fiscus kreeg op een na grootste sigarettenproducent ter wereld, British American Tobacco (BAT) in het vizier dankzij de zogenaamde Lux Leaks. Een zusterbedrijf van de Nederlandse tak van de tabaksfabrikant dook op tussen de 548 uitgelekte belastingafspraken die Luxemburg had gemaakt met grote bedrijven en rijke families. De betreffende afspraak ging om een in België gevestigd dochterbedrijf van BAT dat in Luxemburg wilde uitbreiden. Het dochterbedrijf dekte onder meer rekeningen en debiteurenrisico’s af voor BAT Nederland.
Het Nederlandse dochterbedrijf betaalde voor deze factoringdiensten ieder jaar een vergoeding van €2,5 miljoen. De rechtbank oordeelde onder meer dat deze betalingen niet van de winst in Nederland afgetrokken had mogen worden.
Jaarverslag
Naar aanleiding van de uitgelekte afspraken dook de fiscus diep in alle belastingaangiftes van BAT sinds 2003. Dat onderzoek leidde tot de conclusie dat de sigarettenproducent tussen 2003 en 2016 zijn belastbare winst ten onrechte voor €4 miljard had gedrukt met betalingen aan groepsondernemingen in andere landen.
BAT denkt daar anders over maar meldt wel in zijn laatste jaarverslag dat de bestreden navorderingen, belastingrente en bestuurlijke boetes inmiddels zijn opgelopen tot meer dan €1,4 miljard. Bovendien zegt de onderneming ook rekening te hebben gehouden met de uitkomsten van Belastingdienst-onderzoeken van na 2016.
Belastingontwijking
Het gaat uiteindelijk steeds om de vraag hoe interne transacties zouden moet worden beoordeeld. Het gaat dan niet enkel om factoringsdiensten maar ook om vergoedingen die vanuit Nederland naar het Verenigd Koninkrijk gaan omdat het moederbedrijf garant staat voor obligaties die het Nederlandse dochterbedrijf uitgeeft. Opvallend is dat BAT Nederland aangeeft dat de fiscus ook wantrouwend kijkt naar de aangiftes na 2016, wijst erop dat het bedrijf nog altijd aftrekposten opvoert die omstreden zijn.
De juridische strijd past vanwege dat laatste punt in het grotere plaatje met betrekking tot politieke inspanningen rondom het slechte imago van Nederland op het gebied van belastingontwijking. Om zijn reputatie te zuiveren heeft Nederland sinds 2021 een bronbelasting op rente- en royaltybetalingen naar belastingparadijzen ingevoerd. Vanaf 1 januari 2024 zal hetzelfde gebeuren met dividenden.
Grootste post
Volgens Rutger Hafkenscheid van het in belastingen en verrekenprijzen gespecialiseerde kantoor Huygens horen de internationale groepstransacties en verrekenprijzen niet thuis in de discussie omtrent belastingontwijking. ‘Het gaat hier om een tabaksfabrikant en om veel geld, maar verder zijn dit de normale soort discussies die je hebt tussen de Belastingdienst en bedrijven’, aldus de verrekenprijsexpert.
Volgens Arnold Merkies van Tax Justice Network Nederland zijn de verrekenprijzen wel degelijk een belastingontwijkingsroute voor multinationals. ‘Mijn indruk is dat transfer pricing de grootste post is voor het ontgaan van belastingen.’ De Britse tak van de ngo bracht in 2019 een reeks financierings- en belastingstructuren van British American Tobacco in kaart, waarvan een aantal via Nederland liep. De onderzoekers zagen zo dat de in Nederland betaalde en hier van de winst afgetrokken garantievergoedingen aan de overkant van het Kanaal niet of nauwelijks werden belast.