De Kamerfracties van VVD en CDA zijn boos over het onderzoek dat is gedaan naar de gewijzigde methode waarmee de aanschafbelasting voor nieuwe auto’s, de bpm, wordt vastgesteld. Het onderzoek is op verzoek van de Kamer uitgevoerd. De gewijzigde methode is omstreden omdat deze volgens critici zou leiden tot een hogere belastingopbrengst.
Second opinion
De hoogte van de Belasting personenauto’s en motorvoertuigen (bpm) hangt af van de CO₂-uitstoot. De nieuwe methode levert de schatkist vanaf 1 juli jaarlijks €200 miljoen extra op. Dat zeggen autoclubs RAI Vereniging en Bovag. In de overgangsfase, vanaf september 2017, zou de extra opbrengst €600 miljoen zijn geweest.
Geschrokken door de cijfers die afkomstig zijn uit een in oktober gepubliceerd KPMG-rapport in opdracht van de twee autoclubs, vroeg de Tweede Kamer toenmalig staatssecretaris van Financiën Menno Snel om onafhankelijke toetsing van de toezegging dat de overgang budgettair neutraal zou verlopen. Een week geleden stuurde Hans Vijlbrief een second opinion naar de Kamer over het rekenwerk van TNO en Financiën waaruit de budgetneutraliteit zou blijken. De second opinion bevestigt deze conclusie, schrijft het FD.
Budgetneutrale omzetting
De coalitiepartijen zijn uiterst kritisch over de manier waarop de staatssecretaris met een second opinion gehoor heeft gegeven aan de motie waarin de Kamer vraagt om een onafhankelijk onderzoek. ‘De leden Omtzigt en Lodders hebben in hun motie verzocht om een onafhankelijk onderzoek naar de budgetneutrale omzetting, niet naar een controleonderzoek op de bevindingen van eerdere onderzoeken van TNO’, stelt de VVD in een schriftelijke reactie.
‘Dit is natuurlijk niet serieus te nemen. Er is werkelijk waar geen enkele informatie gecheckt of gevalideerd’, zegt het CDA over een deel van de second opinion. ‘De weg voorwaarts is nu een echt onafhankelijke uitvoering van de motie’, stelt deze fractie.