Staatssecretaris Hans Vijlbrief van Financiën kijkt naar een mogelijke verruiming van de afkoopmogelijkheden van kleine nettopensioenen. Veel andere verbeteringen op dit terrein zijn al onderdeel van de aanstaande pensioenhervorming, schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. Aanleiding is de evaluatie van de fiscale regeling voor nettopensioenen en nettolijfrentes.
Pensioenopbouw boven inkomensgrens
De fiscale regeling voor nettopensioen en nettolijfrente volgde op het besluit in 2015 om het pensioengevende salaris te beperken tot een inkomensgrens van destijds 100.000 euro. Het nettopensioen en de nettolijfrente werden geïntroduceerd voor de opbouw van pensioen boven die grens. Door de invoering van een vrijstelling was de belastingbetaler geen rendementsheffing verschuldigd in box 3.
Regeling wordt niet veel gebruikt
De evaluatie van adviesbureau Willis Towers Watson wees uit dat de nettoregelingen niet veel worden gebruikt. Ongeveer 35.000 mensen maken gebruik van de regeling ofwel zo’n 17 procent van de potentiële 200.000 gebruikers. Het gaat vooral om het nettopensioen en nauwelijks om de nettolijfrente. In 2018 betrof het belegde vermogen 550 miljoen euro.
Volgens de onderzoekers is de regeling niet populair omdat het kapitaal niet vrij opneembaar is. Bovendien wordt de regeling voor een nettopensioen niet altijd expliciet aangeboden door sociale partners. Mensen die wel gebruik maken van de regeling kregen vaak een duidelijk verzoek om al dan niet deel te nemen. Een andere kanttekening is dat de regeling onnodig complex is.
Onderzoek naar afkoop kleine pensioenen
Willis Towers Watson adviseert de regering onder meer om onderzoek te doen naar een ruimere mogelijkheid voor de afkoop of waardeoverdracht van kleine pensioenen, onder aftrek van het genoten voordeel in box-3. Vijlbrief neemt die aanbeveling over. “Dit zal de komende tijd verder onderzocht worden,” schrijft hij aan de Tweede Kamer.
Ruimere kostprijsstaffels
De onderzoekers adviseerden ook andere wijzigingen, waaronder de opheffing van een achterstelling op brutoregelingen. “Zonder noemenswaardige complicaties zou die beperking weggenomen kunnen worden door ruimere kostprijsstaffels toe te staan,” schrijven ze. Ze noemen verder de beperking van vereisten voor fiscale hygiëne en de introductie van een shoprecht.
De andere wijzigingen worden niet direct overgenomen, antwoordt Vijlbrief. Hij verwijst naar de aanstaande pensioenhervorming, waarin verschillende aanbevelingen al zijn meegenomen. “Een eventuele aanpassing van de fiscale behandeling van pensioenen kan het beste in samenhang met de rest van het fiscale stelsel ondernomen worden,” schrijft de staatssecretaris.