Hoewel de Belastingdienst voortgang boekt met het moderniseren van verouderde ICT-systemen, kampt de dienst toch met steeds meer verouderde ICT-systemen. Het tempo van de moderniseringsslag is niet hoog genoeg, schrijft de Algemene Rekenkamer. Hierdoor wordt het steeds moeilijker voor de fiscus om nieuwe fiscale wetgeving, die kabinet en parlement nastreven, in te voeren en dienstverlening aan burgers en bedrijven te verzekeren.
Helft systemen fiscus verouderd
Meer dan de helft van de ICT-systemen van de Belastingdienst is verouderd. Deze systemen zijn daarom moeilijk aanpasbaar en duur in onderhoud. Zo stamt het ICT-systeem voor de omzetbelasting uit 1982. Weliswaar draait dit zonder grote storingen, maar de belastingpercentages in dit systeem aanpassen, kan niet meer. Pas bij de invoering van een nieuw systeem kan nieuwe wetgeving gaan werken, en het kost zo’n vijf jaar om zo’n systeem te bouwen. Dat betekent dat bijvoorbeeld de tarieven van de omzetbelasting de komende jaren hetzelfde zal moeten blijven, omdat het oude systeem een nieuw percentage niet kan verwerken.
Gebrek aan IT-medewerkers
In 2018, maar ook de komende jaren, heeft de Belastingdienst naar verwachting minder IT-medewerkers dan waar werk voor is. Daardoor is het volgens de Algemene Rekenkamer de vraag of de modernisering van de ICT-systemen de komende jaren wel in het geplande tempo kan worden uitgevoerd. En niet alleen bij de fiscus speelt dit probleem. De rijksoverheid heeft volgens de Rekenkamer in zijn breedte zijn informatiebeveiliging en IT-beheer niet op orde.
Digitale sabotage
Digitale sabotage of verstoring is op dit moment één van de grootste bedreigingen voor de nationale veiligheid. Bij elf organisaties van de rijksoverheid signaleert de Rekenkamer grote problemen in de informatiebeveiliging en dit is een verslechtering ten opzichte van vorig jaar. Dat betekent dat die organisaties niet alle beveiligingsmaatregelen hebben genomen die door en voor de rijksoverheid verplicht zijn gesteld.
Verouderde systemen in stand gehouden
Circa 25 procent van de rijksuitgaven aan ICT heeft betrekking op vernieuwing van ICT. In 2017 was dit 633 miljoen euro, blijkt uit het onderzoek. De overige kosten hebben voor het grootste deel betrekking op instandhouding van de huidige ICT, maar die 75% is buiten beeld. In 2017 was dit 2,6 miljard euro. Daardoor is het voor het parlement niet duidelijk hoeveel systemen verouderd zijn en op termijn problemen kunnen opleveren in de dienstverlening aan burgers en bedrijven.