De parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag is gestart met het oproepen van politieke hoofdrolspelers, ambtenaren en ex-politici voor verhoor. Ook premier Mark Rutte zal onder ede worden verhoord. Dat komt doordat onder zijn leiding in 2013 het kabinet inzette op een harde aanpak van fraude. Rutte stelde dan ook de ministeriële commissie fraudeaanpak in.
Reconstructie
Naast Rutte zullen de ministers Hoekstra (financiën), Wiebes (economische zaken), Van Ark (medische zorg) en PvdA-leider Asscher in de tweede helft van november worden verhoord. Dat heeft commissievoorzitter Chris van Dam (CDA) gisterenochtend bekend gemaakt. Die selectie is tot stand gekomen na een inhoudelijke analyse die de commissie begin deze zomer maakte. Ook afgetreden staatssecretaris Menno Snel moet voor de commissie verschijnen.
Het doel van de mini-enquête is volgens de voorzitter om een reconstructie te maken van de periode tussen 2013 en november 2019. De harde aanpak die in 2013 startte resulteerde in een ontsporing bij de fiscus waardoor zeker 26.000 ouders onterecht als fraudeur werden bestempeld. Met als gevolg terugvorderingen van soms wel tienduizenden euro’s.
Weinig tijd
De ondervragingscommissie doet geen onderzoek naar individuele zaken van gedupeerde ouders, liet ondervoorzitter Attje Kuiken (PvdA) weten. Ook de afhandeling van de compensatie valt buiten het onderzoek evenals de actuele kwesties die na november 2019 aan het licht zijn gekomen, aldus Kuiken.
De commissie beschikt over weinig tijd. De verhoren starten op 16 november. Een maand later wil de commissie het eindrapport inleveren. Dat rapport zal geen conclusies of aanbevelingen bevatten heeft de voorzitter laten weten. Dat is aan de Tweede Kamer. Zij kunnen op basis van de reconstructie bepalen wat er verder moet gebeuren.
Achtergehouden informatie
De afgelopen periode kwam steeds meer informatie van het ministerie van financiën boven. Vorige week kwam een notitie van maart 2017 aan het licht waaruit bleek dat toen werd geconcludeerd dat bij het onderzoek naar vermeende fraude ‘laakbaar’ is gehandeld en dat ouders een schadevergoeding zouden moeten krijgen.
Die notitie was al in juni van het vorige jaar bekend bij het ministerie. De informatie werd achtergehouden en moest alsnog worden opgevraagd. Van Dam verwacht dat er de komende weken nog meer informatie boven zal drijven. Dat deze informatie wordt achtergehouden is volgens de voorzitter ‘exemplarisch’ is voor wat de commissie onderzoekt. De commissie kan nog meer informatie opvragen en andere getuigen oproepen als daar aanleiding toe is, aldus het FD.