De Franse investeringsmaatschappij PAI Partners heeft bij de overname van lingerieketen Hunkemöller een fiscale constructie opgezet. Deze heeft als enige doel om geen belasting te betalen, dat oordeelt het gerechtshof Amsterdam. Dat schrijft het FD.
Van winstgevend naar verlieslatend
De aandeelhouderslening die PAI in 2011 gebruikte voor de overname van Hunkemöller was volgens het hof ‘nutteloos’. De lening bedroeg 61,4 miljoen euro. De rentelasten voor het winkelbedrijf zouden over de volle looptijd uitkomen op 8,1 miljard euro, doordat de lingerieketen rente op rente verschuldigd was. De hoge rente zorgde ervoor dat de winstgevende keten voor de fiscus verlieslatend werd.
Fraus Legis
Het Amsterdamse hof heeft een streep gezet door de renteaftrek. De raadsheren oordelen dat PAI zich schuldig heeft gemaakt aan ‘fraus legis’, ofwel: misbruik van het recht. De manier waarop het private equityhuis de overname van Hunkemöller financierde, was volgens het hof uitsluitend bedoeld om belasting te besparen en daarmee strijdig met het doel en de strekking van de wet.
Belastingontwijking
De leningen kwamen bovendien uit Frankrijk. De betaalde rente werd daar niet belast. Tegenover de renteaftrek in Nederland, stond in Frankrijk dus geen belasting op rente-inkomsten. Op deze manier werd belasting ontweken, stelde het hof vast. Over de eerste drie boekjaren na de overname wilde Hunkemöller in totaal ruim 27 miljoen euro rente aftrekken. Dit bedrag loopt PAI nu mis.
Hunkemöller doorverkocht
PAI heeft Hunkemöller in 2016 doorverkocht aan de Amerikaanse investeringsmaatschappij Carlyle. Daarmee kwam een eind aan de aandeelhouderslening. De risico’s van de procedure met de fiscus zijn na verkoop aan Carlyle bij PAI gebleven, staat in het laatste jaarverslag van Hunkemöller.
Fiscus heeft het wapen in handen
Belastingadviseur Theo Koelman stelt tegen FD dat de fiscus de belastingaanslagen van andere bedrijven, die in handen zijn van private equity, nog eens tegen het licht gaat houden. Het Amsterdamse hof geeft de Belastingdienst namelijk een wapen in handen om op te treden tegen agressieve belastingplanning. De belastingplichtige moet nu bewijzen dat de aandeelhouderslening een zakelijke lening was. In eerdere rechtszaken gold het omgekeerde en moest de fiscus bewijzen dat een structuur onzakelijk was.
In cassatie tegen de uitspraak
Fiscalisten hopen en rekenen erop dat Hunkemöller bij de Hoge Raad in cassatie gaat tegen de uitspraak van het gerechtshof. Omdat het om een principiële kwestie gaat, zou de hoogste Nederlandse rechter in belastingzaken helderheid moeten verschaffen over de reikwijdte van het begrip fraus legis.