De fiscus start een kort geding om zo meer informatie te krijgen over de trusts waarin oud Hoge Raad lid Jos van der Vorm een deel van zijn vermogen had zitten. De in 2006 overleden Van der Vorm dook op in de zogenaamde Panama Papers.
De administratie
Het oud-lid bleek een vermogen van ongeveer €7,6 miljoen te hebben gestald op de Britse Maagdeneilanden. Buiten het zicht van de Belastingdienst. Een deel daarvan was voor zijn twee stiefdochters bestemd en die zijn inmiddels gedagvaard door de fiscus. Zij hebben aangegeven pas in 2016 van de trusts te hebben gehoord, en meteen de informatie hierover hebben gedeeld met de Belastingdienst, dat schrijft het FD.
Het kort geding voor meer informatie dient morgen voor de rechtbank Den Haag. Het is niet de enige zaak die de fiscus is gestart aan de hand van de Panama Papers. Waarin een internationaal collectief van journalisten een groot deel van de administratie van juridisch advieskantoor Mossack Fonseca & Co openbaar maakte. Het FD en Trouw publiceerden over Nederlanders die dat kantoor gebruikten om geen belasting te hoeven betalen.
De oud-raadsheer van de Belastingkamer was een opvallende Nederlander in de Panama Papers. Zijn vermogendheid had hij te danken aan zijn oudoom Willem van der Vorm. Het bedrijf dat grondlegger van de Holland Amerika Lijn was en de basis werd voor investeringsmaatschappij HAL, is ook eigenaar van FD Mediagroep.
Bewuste keuze
In de Papers is een e-mailwisseling te vinden van de Zwitserse jurist Jan Stockhausen van Mossack Fonseca verslag deed van een gesprek met de oud-raadsheer en zijn zoon. De jurist stuurde zijn collega’s over de mail dat vader en zoon tijdens een ontmoeting in Zwitserland precies vertelden welke structuur ze hadden opgezet om hun geld te beheren. Namelijk via Bermuda naar bedrijven op de Maagdeneilanden. Waar het vermogen zich bevond.
De zoon met dezelfde naam als de oudoom werkt en woont in Monaco was begunstigde van alle trusts en deed schenkingen aan zijn vader toen die nog leefde. En daarnaast ook aan zijn in Londen wonende zus en in Nederland woonachtige stiefzusters, uit de voor hen bestemde spaarpotten. Uit de communicatie met Stockhausen blijkt dat Van de Vorm bewust koos om trusts buiten het zicht van de autoriteiten te houden. Zo schreef hij: ‘Als een begunstigde rechtstreeks geld ontvangt uit de trust, is de ontvanger mogelijk verplicht de trust aan te geven. Opgave van een gift van Willem is daarom minder problematisch.’
Bezwaar
De twee stiefzussen verklaarden in 2016 al tegenover de fiscus en het FD niet op de hoogte zijn geweest van het bestaan van de trusts. De Belastingdienst legde naheffingen zonder boetes op. De trusts werden eind 2016 opgeheven. Het vermogen van €500.000 en €200.000, is overgemaakt naar daarvoor geopende Zwitserse Bankrekeningen. Waarover vanaf dat moment weer gewoon belasting wordt betaald.
Al vanaf 2006 heeft de fiscus navorderingen opgelegd. De zussen ontvingen namelijk vrijwel jaarlijks giften, tienduizenden euro’s, van zoon Willem van der Vorm, aldus de dagvaarding. Daarom hadden de zussen moeten weten dat er een potje was waar zij recht op hadden redeneert de fiscus. Voor de navordering wil de Belastingdienst meer informatie die de zussen tot nu toe niet hebben gegeven en daar toe niet bereid zijn.
De zussen hebben bezwaar gemaakt tegen de aanslagen vanaf 2006. De vertegenwoordigende advocaten hebben aangegeven dat er niet meer informatie bestaat dan wat al is gedeeld met de fiscus. Daarbij heeft de Belastingdienst niet uitgelegd waarom ze al voldoende geïnformeerd waren om de aanslagen op te leggen en pas in de bezwaarfase om extra informatie vragen, aldus het FD.