De termijnen om achterstallige bedrijfsbelastingen en aflossing van opgebouwde belastingschulden terug te betalen worden verder verlengd. De Belastingdienst wordt dus nog geduldiger. Voor een groot deel van de Nederlandse bedrijven is de extra tijd niet nodig. Dat schrijft staatssecretaris Hans Vijlbrief (D66) in een brief aan de Tweede Kamer.
Ruimhartig uitstelbeleid
Ondernemers die al uitstel van betaling hadden gekregen tot 1 oktober kunnen dat nu verlengen tot 1 januari. De Tweede Kamer drong tijdens het debat over het derde steunpakket aan op de extra coulance. De betaling van onder meer accijns, loonheffing, btw-afdracht en winstbelasting, kan nu worden uitgesmeerd over 36 maanden, te beginnen op 1 juli 2021. In augustus was dit verlengd naar 24 maanden, vanaf 1 januari.
‘Bij een ruimhartig uitstelbeleid past een ruimhartige regeling voor het aflossen van de belastingschuld die in de afgelopen maanden is opgebouwd’, schrijft Vijlbrief. Met die ruimhartige regeling hoopt het kabinet te voorkomen dat er bedrijven onnodig failliet gaan. Maar echt zekerheid geeft de regeling natuurlijk niet, schrijft het FD.
Niet leuker wel gemakkelijker
De extra coulance maakt het ook gemakkelijker voor de fiscus. Die hoeft namelijk minder maatwerk te bieden aan ondernemers. Een eventuele nadelige bijkomstigheid kan voorkomen wanneer het toch mis gaat met een bedrijf. Ondernemers zouden dan eerder andere schuldeisers kunnen betalen waardoor er uiteindelijk minder voor de fiscus overblijft.
Vijlbrief schrijft dat veel bedrijven liever geen schuld open hebben staan aan de Belastingdienst. Een grote groep heeft de coronaschuld dan ook al terugbetaald of is al begonnen met aflossen. Ruim een kwart miljoen ondernemers maakten sinds maart gebruik van het uitstel. Van die groep hebben er nu nog 200.000 een gezamenlijke schuld van €12 miljard.
Rekensommetjes
Ruim 130.000 bedrijven hadden genoeg aan drie maanden uitstel. Bijna 40% van die groep heeft zijn schuld al terugbetaald. Het nieuwe uitstel zal naar schatting €140 miljoen kosten. Daar tegenover staat dat de invorderingsrente uitkomt op naar schatting €150 miljoen, zodat de uitstelregeling per saldo geen geld kost.
Die invorderingsrente staat nu nog op 0,01% maar gaat vanaf 1 januari 2022 weer naar 4%. Of dit gunstig uitpakt voor de schatkist is nog maar de vraag. De rekensommetjes kunnen heel anders worden als van het uitstel afstel komt. Zo zijn er nu minder faillissementen dan normaal. Maar dat kunnen er straks juist meer worden, aldus het FD.