Een fiscale harmonisatie binnen de EU is volgens hoogleraar Leo Stevens nodig in een wereld waar multinationals het belastingtechnisch voor het kiezen hebben.
Belastingconcurrentie
Multinationals kunnen miljarden met een druk op een knop overhevelen naar gunstigere belastinglanden. Onder andere de LuxLeaks en Panama-papers hebben dat duidelijk gemaakt. Volgens Leo Stevens, emeritus-hoogleraar fiscale economie aan de Erasmus Universiteit, leidt dit mogelijk eindelijk tot een geharmoniseerde vaststelling van de winst binnen de Europese Unie, zo zegt hij tegen het FD.
Door belastingconcurrentie tussen nationale staten hebben multinationals, vaak zelf met een omzet gelijk aan het BBP van een klein land, het voor het kiezen. Sommige landen boden zelfs aan belastingvriendelijke, maar concurrentieverstorende, besparingsroutes voor deze multinationals aan te leggen. Een systeem dat genoeg multinationals zien als een kans om uit te buiten via internationale belasting planningen, zo schrijft het FD.
Internationaal belastingstelsel
Maatschappelijk leidt dit tot veel verontwaardiging. Een schreeuw om een aansluitend internationaal belastingstelsel, of in ieder geval EU-breed, klinkt dan ook al een tijdje. Maar het is een complexe kwestie waar veel eigen-land-belangen met elkaar botsen.
Een EU-wijde vennootschapsbelasting zit er volgens de hoogleraar dankzij de hevige discussies tussen de landen waarschijnlijk niet in. Wel ziet hij kansen in een geharmoniseerde vaststelling van de winst. Door een formule krijgen lidstaten waar een multinational actief in is zo hun aandeel in de vennootschapsbelasting. Hoe de formule er precies uit ziet en hoe de verdeelsleutel werkt zal volgens Stevens leiden tot discussie, maar uiteindelijk leiden tot een Europa waar iedereen kan delen in de economische welvaart.