De regering werkt aan een compensatieregeling voor de sierteelt, een deel van de voedingstuinbouw en de telers van fritesaardappelen. De verwachte uitgaven bedragen zo’n 650 miljoen euro, schrijft minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in een brief aan de Tweede Kamer.
Algemene regelingen helpen te weinig
De bedrijven kunnen al gebruik maken van de aangekondigde algemene regelingen voor liquiditeits- en loonkostensteun tijdens de coronacrisis. Maar deze groepen ondernemers hebben te maken met een combinatie van factoren. Ze worden onvoldoende geholpen door de bestaande regelingen. “We hebben hier te maken met bedrijven die in een unieke positie zitten. Je kunt groeiende gewassen niet stoppen,” aldus de minister.
De siertelers en veel tuinbouwers worden geconfronteerd met een doorlopende productie, maar hebben nauwelijks omzet. Hun producten zijn slecht of niet houdbaar en kunnen moeilijk op een andere manier verwerkt worden. Bovendien hebben de bedrijven normaal in de maanden maart, april en mei een piek in de productie, omzet en bezetting.
Compensatie voor omzetdaling
Siertelers en onderdelen van de voedingstuinbouw kunnen in aanmerking komen voor een extra financiële tegemoetkoming. De compensatie is onder meer bedoeld om de loonkosten te blijven betalen. De regeling geldt voor bedrijven met een forse omzetdaling in maart, april en mei vergeleken met diezelfde maanden in 2017-2019. De eerste 30 procent van het omzetverlies worden gezien als ondernemersrisico, maar de overheid compenseert een groot deel van de rest.
Vergoeding voor aardappelen in de opslag
De telers van fritesaardappelen krijgen een compensatie voor aardappelen in de opslag, die dit seizoen niet meer tot friet verwerkt kunnen worden. De vergoeding is 40 procent van de gemiddelde marktwaarde in de periode september 2019-februari 2020.
De compensatie voor siertelers en tuinbouwers kost waarschijnlijk 600 miljoen euro en die voor fritesaardappeltelers ongeveer 50 miljoen. Beide regelingen worden uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Details over de uitwerking en aanmelding worden op korte termijn bekend gemaakt, schrijft de minister.
Provisiekosten voor BL-C verlaagd
De regering biedt ook extra ondersteuning aan andere ondernemers in de land- en tuinbouw. De provisiekosten voor een krediet via de Borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL-C) zijn verlaagd. “Daarmee worden de financieringslasten voor MKB-ondernemers die kortlopende kredieten afsluiten verminderd,” schrijft Schouten.
De BL-C regeling is bovendien opgesteld voor visserij- en aquacultuurbedrijven met liquiditeitsproblemen door de coronacrisis. De overheid staat borg voor een percentage van de overbruggingskredieten. Deze borgstelling geldt voor de productie en de verwerking en afzet van visserij- en aquacultuurproducten. De maatregel geldt met terugwerkende kracht tot 18 maart.