Onderzoekers van CE Delft stellen dat de invoering van een belasting op de uitstoot van broeikasgassen beperkte gevolgen heeft voor de Nederlandse energie-intensieve industrie. Dat komt onder meer doordat de energiekosten van Nederlandse bedrijven relatief laag zijn. Met name de kunstmestindustrie zou last hebben van een extra belasting bovenop de bestaande Europese heffing, schrijft NRC.
Rapport speelt rol bij Klimaatakkoord
CE Delft heeft een studie gedaan naar een CO2-heffing, op verzoek van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Het rapport speelt een rol in de onderhandelingen aan de industrietafel voor het Klimaatakkoord. De heffing zou een stok achter de deur kunnen zin als de Nederlandse industrie niet op een andere manier de uitstoot weet te beperken.
Heffing voor energie-intensieve industrie
De heffing zou betaald moeten worden door bedrijven die veel energie gebruiken en onder meer actief zijn in de petrochemie, staalindustrie, raffinage en kunstmestindustrie. CE Delft stelt dat er wel een verlies aan werkgelegenheid zal zijn, maar dat dit slechts tijdelijk is.
Onzekerheden in voorspellingen groot
De onzekerheden in de voorspellingen van CE Delft zijn groot. De reden hiervan is onder andere dat de hoogte van de heffing afhankelijk is van de hoogte van de moeilijk voorspelbare Europese heffing. De onderzoekers denken dat de kostprijs voor de voedselindustrie met ‘enkele tienden van procenten’ zal stijgen, terwijl de kunstmestindustrie een stijging van 3,8 procent kan verwachten.
Ook DNB is positief
De CO2-belasting wordt steeds meer gezien als het instrument om de uitstoot van broeikasgassen te beperken, omdat bedrijven dan echt met de kosten van vervuiling worden geconfronteerd. De Nederlandsche Bank (DNB) toonde zich al eerder voorstander van zo’n heffing in Nederland. Ook DNB schat de gevolgen voor de industrie laag in.