De verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers uit het pensioenakkoord is lastig om uit te voeren. In de huidige vorm verwachten de Belastingdienst en uitkeringsinstantie UWV dat het niet goed uitvoerbaar zal zijn. Het bezwaar van de twee instanties staat in een brief die de minister van Sociale Zaken, Wouter Koolmees, naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Te ingewikkeld
Vorig jaar spraken de vakbonden, werkgeversorganisaties en het kabinet af dat er een verzekeringsplicht komt voor zelfstandigen en in maart werd een gedetailleerd advies gepresenteerd. De belastingdienst zou de premies innen en het UWV zou uitbetalen. Minister Koolmees wil dat advies gaan uitvoeren schrijft hij in zijn brief aan de Tweede Kamer.
De fiscus en het UWV vinden de regeling te ingewikkeld. Zzp’ers krijgen namelijk allerlei keuzemogelijkheden. Zo kan ervoor worden gekozen om al na een half jaar arbeidsongeschiktheid een uitkering te krijgen. Daar staat dan wel een hoge premie tegenover. Ook kan er voor twee jaar ‘wachttijd’ worden gekozen met een lagere premie. Ook is een optie voor een opt-out aanwezig voor zzp’ers die de verzekering zelf willen regelen bij een private verzekeraar, schrijft het NRC.
Keuzemogelijkheden
Die keuzes zijn bedoeld om draagvlak te creëren onder zelfstandigen. Veel zzp’ers hadden dan ook kritiek op de nieuwe verplichting. Bijvoorbeeld omdat het een inperking zou zijn van hun ondernemersvrijheid. Bovendien is er ergernis over de manier waarop het tot stand is gekomen. Namelijk op verzoek van de vakbonden, als ‘wisselgeld’ voor werknemerssteun aan het pensioenakkoord.
Bovendien maken al die keuzemogelijkheden de uitvoering complex luiden de waarschuwingen van de Belastingdienst en het UWV. De fiscus stelt dat het door de “opeenstapeling van variabelen niet te verwachten is dat de regeling door hen goed kan worden uitgevoerd”. Zelfs een versimpelde regeling zal voor veel druk zorgen op de al schaarse ict-capaciteit van de dienst.
Foutgevoelig en toetsing
Wanneer de regeling niet versimpeld wordt voorziet de Belastingdienst nog meer problemen. Bijvoorbeeld door de opt-out voor mensen die al privaat verzekerd zijn en de drie verschillend wachttijden. Zo maakt iedere extra uitzondering en keuzemogelijkheid het systeem complexer en foutgevoeliger, aldus de fiscus.
Het UWV waarschuwt voor “afbakeningskwesties”. Met bijvoorbeeld de opt-out moet een zzp’er met eigen verzekering minstens dezelfde dekking hebben als de UWV-verzekering. Dan moeten er wel heldere criteria zijn waar zo’n commerciële verzekering aan moet voldoen stelt de instantie. En deze criteria moeten dan worden getoetst. De uitkeringsorganisatie wil dit zelf niet doen omdat het zich niet onafhankelijk acht.
Eindleeftijd
Er speelt daarnaast nog een probleem door de eindleeftijd van zestig jaar die momenteel gangbaar is bij particuliere verzekeraars, dat is ruim zes jaar voor de AOW-leeftijd. Zzp’ers die kiezen voor de opt-out zullen tegen hun zestigste alsnog bij het UWV moeten aankloppen voor een verzekering. Juist op het moment dat het risico het hoogst is en dus ook het duurst voor het UWV. Dit zal leiden tot een hogere premie bij het UWV en een lagere premie bij de commerciële partijen.
In de brief schrijft Koolmees de komende tijd in gesprek te zullen gaan met alle partijen. De minister hoopt begin volgend jaar een wetsvoorstel te kunnen presenteren voor een uitvoerbare, betaalbare en uitlegbare verzekeringsplicht, aldus het NRC.