Hele belangrijke les over de psychologie van belastingen: deze moet je zo onzichtbaar mogelijk heffen. “Dit geldt vooral voor de overheid, want hoe minder burgers de belastingen zien, hoe makkelijker zij deze betalen”, aldus Peter Kavelaars, hoogleraar fiscale economie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en aan de University of Curaçao.
Liever dit interview luisteren?
Makkelijk geld voor de schatkist
“Als mensen de belastingen niet echt ervaren, wordt er ook geen bezwaar tegen gemaakt. De overheid krijgt zo makkelijk veel geld in het laatje. Een mooi voorbeeld vind ik de btw. Als je naar de winkel gaat, dan koop je iets en daar zit dan btw in. Niemand die dat zich echt realiseert. Ondertussen heb je wel die btw betaald. Die btw wordt door de ondernemer netjes afgedragen, maar omdat hij die btw doorbelast, interesseert het de ondernemer ook niet zoveel. Het is zijn probleem niet.”
Verplicht omzetbelasting vermelden
“In sommige landen zie je dat het verplicht wordt om bij de prijs in de winkel te vermelden hoeveel omzetbelasting er in die prijs zit. Dan wordt die btw in de omzetbelasting opeens een stuk zichtbaarder. Dat is voor de consument goed: je weet wat je betaalt. Voor de overheid is dit wat lastiger, omdat het eerder tot reacties van de consument gaat leiden. Het zou het effect kunnen hebben dat je het product niet koopt of dat je het product tegen een lagere prijs wilt hebben.”
De onzichtbare loonbelasting
Btw is echter niet de enige belastingsoort die onzichtbaar wordt geheven. Denk bijvoorbeeld ook aan de loonbelasting. “Die wordt ingehouden op het brutosalaris. En iedereen kijkt natuurlijk naar het bedrag dat hij op zijn bankrekening bijgeschreven krijgt: het nettobedrag. Afhankelijk van je schijf is daar al zo’n 37,35 procent alleen al aan premies volksverzekeringen en loonbelasting vanaf gehaald. Bij een brutosalaris van 4.000 is dit zo’n 1.500 euro per maand, 18.000 per jaar. Belasting op vakantiegeld en andere extra’s, premies werknemersverzekeringen en pensioenpremies nog daargelaten. En dit krijgt de fiscus ook heel makkelijk binnen, want de belasting wordt door de werkgever ingehouden”, aldus Kavelaars.
Een zichtbare belasting is de vermogensrendementsheffing. Hier is dan ook veel om te doen:
Het box 3-hoofdpijndossier: waarom kan dit niet opgelost worden?
Onzichtbare loonbelasting (€18.000) vs. zichtbare OZB (€1.000)
Van deze twee belastingsoorten is de opbrengst heel erg groot. “De loonbelasting en de omzetbelasting leveren elk ongeveer 60 miljard euro op per jaar. Als je dan kijkt naar een belastingsoort die op een zichtbare manier wordt geheven, dan zie je dat belastingplichtigen hier veel meer moeite mee hebben. Een voorbeeld is de OZB. Elk voorjaar belandt die aanslag op de mat van huiseigenaren en daar staat dan op dat je bijvoorbeeld 1000 euro moet betalen. Elk jaar komt dat weer terug. Dat levert veel weerstand op en leidt tot bezwaren en beroepsprocedures. Dit kost maatschappelijk veel geld, terwijl het over relatief weinig belasting gaat.”
Een ander voorbeeld is als de belastingplichtige in de inkomstenbelasting wordt betrokken en bij moet betalen, omdat hij een aantal freelanceklussen heeft verricht waar nog geen belasting over is afgedragen. “Dan komt die welbekende blauwe envelop binnen, waarop staat dat je nog 500 euro moet bijbetalen. Dat is voor een belastingplichtige vele malen irritanter, dan dat er een heel groot bedrag aan loonbelasting op het salaris is ingehouden.”
Onzichtbaar heffen onwenselijk
Moet er iets veranderen in de heffing van die belastingsoort? “Nee, eigenlijk is het de vraag of het wel wenselijk is dat belastingen onzichtbaar worden geheven. Het is goed dat mensen weten dat ze die belasting betalen en zien dat er ook wat mee gebeurt. Nu zien ze het natuurlijk wel, maar ze realiseren het zich niet. Denk aan onderwijs, wegen en defensie. We moeten het wel met z’n allen betalen. Ik ben dus zelf wel voor het transparant maken van de belastingen die burgers en bedrijven betalen en waar het naartoe gaat. Bijvoorbeeld: u moet 500 euro bijbetalen in de inkomstenbelasting en dat gaat globaal voor dit percentage naar deze posten. Dan ziet de belastingplichtige ook beter waar het geld naartoe gaat en dan denk ik dat het ook acceptabeler wordt.”
Belastingpsychologie: wet van grote aantallen
Kavelaars noemt dit de psychologie van belastingen. Wat hij hier ook onder vindt vallen is belastingontwijking en belastingontduiking. “De hele discussie rondom het ontwijken van belastingen door grote bedrijven is mijns inziens wat onevenwichtig. Daar struikelt iedereen over en wordt nu ook aangepakt met allerlei maatregelen. Maar alles wat die bedrijven deden de afgelopen jaren, paste wel helemaal binnen de wet. Hier heeft iedereen moeite mee, maar als je kijkt naar het ontduiken van belastingen – wat illegaal is – vinden burgers dit niet zo’n probleem. Iedereen kent het voorbeeld van het huis dat moet worden geschilderd. De schilder vraagt: wilt u een bonnetje of geen bonnetje? En als je geen bonnetje wilt, weet iedereen wat het betekent. Dat is echt in strijd met de wet. Waarom is dan wat bedrijven doen – die handelen binnen de wet – een probleem, en het tillen van de fiscus door het ontduiken van btw, geen probleem? De psychologie zit hier in de wet van de grote aantallen. Bij de multinationals gaat het gelijk om vele miljoenen en bij het schilderwerk gaat het maar om 500 euro btw of iets dergelijks, maar vele kleintjes maken ook een groot bedrag.”
Lees ook:
Strijd tegen belastingontwijking: schieten we te ver door?
Controle mkb opschroeven
“Ik vind het belangrijk dat de controle van mkb ook scherper wordt. Op dit moment vindt er bij een bedrijf naar ik heb begrepen gemiddeld maar één keer in de 40 jaar een controle plaats. Dat is veel te weinig. Het maakt het te makkelijk om het niet zo nauw te nemen met de regelgeving en het ondergraaft de belastingmoraal. De 35 jaar vóór de controle zijn dan namelijk al verjaard. Het wordt heel anders als je zegt: we komen om de 5 jaar even bij je kijken, dan kunnen we eventuele fouten corrigeren via het fiscale systeem. In dit geval zullen bedrijven de regels veel meer in acht nemen. Dat verdient zich voor de overheid wel terug.”