Staatssecretaris Marnix van Rij van Financiën streeft ernaar nog voorafgaand aan het zomerreces een eerste voorstel te presenteren voor het vereenvoudigen van de ingewikkelde wirwar aan fiscale regelingen in Nederland. Hoewel er in theorie brede politieke steun is, kan de praktijk uitdagend zijn.
Belastingverminderingen en kortingen
De ambtenaren van Financiën hebben de afgelopen maanden gewerkt aan de beoordeling van de “efficiëntie en effectiviteit” van 116 fiscale regelingen, die goed zijn voor ongeveer €140 miljard aan belastingverminderingen en kortingen voor burgers en bedrijven. Enkele voorbeelden zijn de algemene heffingskorting, de innovatiebox voor bedrijven en het verlaagde btw-tarief van 9% voor items zoals boeken, museumkaartjes, voedsel en openbaar vervoer.
Naar verwachting zal de CDA-staatssecretaris deze of volgende week een overzicht van deze evaluatie delen met de Tweede Kamer, waarmee de politieke discussie zal beginnen. In het coalitieakkoord is namelijk afgesproken om “eerste stappen” te zetten richting een eenvoudiger belastingstelsel. Het is nog niet duidelijk of de regering tijdens deze ambtstermijn met concrete maatregelen zal komen, en zo ja, wat die zouden zijn. Deze informatie zou naar verwachting bekend worden gemaakt op Prinsjesdag.
Van Rij heeft de intentie om regelmatig alle fiscale regelingen te evalueren op effectiviteit en efficiëntie: wordt het beoogde resultaat behaald en gebeurt dit op een kostenefficiënte manier? Als een dergelijke evaluatie negatief uitvalt, zou de regeling moeten worden “afgeschaft, verminderd of aangepast” volgens het kabinet. De optie om niets te doen blijft bestaan, maar de verantwoordelijke bewindspersoon zal dan wel zeer overtuigend moeten argumenteren waarom hiervoor gekozen wordt.
Pijn en ongemak
In een eerdere brief aan de Kamer waarschuwde Van Rij vorig jaar al dat zowel de regering als de Kamer standvastig moeten zijn in dit proces, omdat elke aanpassing aan fiscale regelingen ‘pijn kan veroorzaken voor specifieke subgroepen in de samenleving’. Negatieve evaluaties, waarvan slechts 10% positief is, hebben de afgelopen jaren zelden geleid tot versobering of afschaffing.
Onlangs verscheen er een negatieve evaluatie van het verlaagde btw-tarief, waaruit bleek dat het duur en weinig effectief is. Wat het kabinet van plan is om daarmee te doen, zal pas op Prinsjesdag worden bekendgemaakt. Het volledig afschaffen lijkt onwaarschijnlijk, aangezien er een bedrag van meer dan €13 miljard mee gemoeid is. Van Rij heeft echter al wel ‘vijf ballen uit de Kerstboom’ van het belastingstelsel gehaald, namelijk de IACK, middelingsregeling, fiscale oudedagsreserve en de gebruikelijkloonregeling voor start-ups.
BOR
De discussie over de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR), die bedoeld is om te voorkomen dat erfgenamen een bedrijf moeten verkopen om erfbelasting te kunnen betalen, illustreert hoe ingewikkeld het proces van vereenvoudiging en versobering kan zijn. Uit evaluaties blijkt dat de BOR niet doeltreffend is en het risico op misbruik groot is. In de voorjaarsnota heeft het kabinet daarom besloten om de regeling aan te passen, waardoor met name erfgenamen van grote bedrijven meer belasting zullen moeten betalen.
Echter, familiebedrijven zijn bezorgd en de eigen businessclub van het CDA heeft een boze brief gestuurd naar partijgenoot Van Rij. Werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland waarschuwen dat de marginale lastendruk bij de overdracht van een bedrijf aan de volgende generatie in Nederland nu aanzienlijk hoger dreigt te worden dan in omliggende landen.
Roekeloos snijden
De staatssecretaris ontving vorige maand in de Tweede Kamer al een waarschuwing van de VVD: vereenvoudiging van het belastingstelsel mag geen aanleiding zijn voor lastenverzwaring. Kamerlid Folkert Idsinga van de VVD is van mening dat vereenvoudiging een ‘sympathieke gedachte’ is, maar het roekeloos snijden in fiscale regelingen als ‘onverstandig’ beschouwt. Als een fiscale regeling wordt afgeschaft, moet volgens de VVD de opbrengst terugvloeien naar de betreffende sector.
In een debat met de VVD’er vond GroenLinks-Kamerlid Tom van der Lee deze redenering echter bizar. Hij gebruikte de BOR als voorbeeld: “Ongeacht de ingreep die je doet, moet de opbrengst weer regelrecht terugkomen bij de groep die hiervan buitensporig heeft geprofiteerd? Dat is toch een onhoudbare positie?” Ook coalitiepartner D66 verzet zich tegen een dergelijke rode lijn. Kamerlid Alexander Hammelburg stelde: “Dan moet je het toch ergens anders vandaan halen, bijvoorbeeld bij de middenklasse, de werkende mensen’, stelde Kamerlid Alexander Hammelburg. ‘Is dat dan wat de VVD wil?”
Groente en fruit
Terwijl Van Rij aan de ene kant probeert om regelingen die niet efficiënt of effectief zijn aan te passen, staat hij aan de andere kant onder druk om nieuwe fiscale regelingen op te zetten. Een voorbeeld hiervan is het nultarief voor btw op groenten en fruit.
Binnen het ministerie van Financiën is er echter geen consensus over deze kwestie. Volgens de afspraak in het coalitieakkoord is er onderzoek gedaan naar het nultarief. De conclusie luidde dat dit een zeer kostbare methode is om gezond eten te bevorderen. Van Rij is momenteel in gesprek met zijn collega-staatssecretaris Maarten van Ooijen van Volksgezondheid (ChristenUnie) om andere mogelijkheden te verkennen. Meer duidelijkheid hierover wordt verwacht op Prinsjesdag.