Blog Raymond Barkman, fiscaal econoom bij Nextens
Waar speciaal op te letten bij de IB-aangifte 2022?
Per 1 maart kan je de aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2022 indienen bij de Belastingdienst. Wat zijn de zaken waarop je dit jaar speciaal moet letten?
Hierbij doel ik dan niet op relatief kleine wijzigingen in belastingbedragen en -tarieven vanwege de correctiefactor van 1,013 (zeg maar de inflatiecorrectie binnen de inkomstenbelasting). Nee, ik doel hierbij op fiscaal-inhoudelijke wijzigingen die volgen uit gewijzigde wet- en regelgeving maar ook uit rechtspraak, meerjarige trendachtige ontwikkelingen die in een langer termijnverband moeten worden gezien en ten slotte ook een aantal (standaard)tips, checks en attentiepunten (de evergreens). Een kundig en accuraat belastingadviseur respectievelijk aangiftemedewerker loopt al deze punten allemaal na zodat een klant niet meer belasting betaalt dan strikt nodig is. In deze blog zal ik op de eerste drie soorten wijzigingen ingaan.
Wijzigingen door wet- en regelgeving
De wijzigingen van de wetten Belastingplan 2020 (nrs. 1 en 2) resp. Belastingplan 2022 (nrs. 3 en 4) bevatten de volgende belangrijkste fiscaal-inhoudelijke wijzigingen:
- Afschaffing van de aftrek van scholingsuitgaven. Met ingang van 2022 is de aftrek van studiekosten en andere scholingsuitgaven vervangen door het zogeheten STAP (STimulering ArbeidsmarktPositie)-budget. Daarmee kunnen werkenden en werkzoekenden bij het UWV een subsidie van € 1.000 aanvragen voor (om)scholing en ontwikkeling.
- Per 1 januari 2022 wordt de zelfstandigenaftrek verlaagd van € 6.670 naar € 6.310 en deze wordt de komende jaren stapsgewijs afgebouwd tot € 3.240 in 2036. Hiermee beoogt het kabinet de fiscale positie tussen werkenden binnen en buiten dienstverband meer gelijk te trekken.
- Per 1 januari 2022 wordt een gerichte vrijstelling voor het vergoeden van thuiswerkkosten geïntrodu¬ceerd van € 2 per dag als een werknemer geheel of gedeeltelijk thuiswerkt. Thuiswerken zorgt voor extra kosten voor de werknemer. Bijvoorbeeld voor water- en elektriciteitsverbruik, verwarming, koffie, thee en toiletpapier. Onder voorwaarden kan een vaste maandelijkse thuiswerkvergoeding worden gegeven.
- Wijzingen in de eigenwoningregeling, waaronder de ‘bijleenregeling’, de ‘aflossingsstand’ en het ‘overgangsrecht bestaande eigenwoningschuld’ (BEWS). De wijzigingen zijn gekomen om onbedoelde beperkingen van de renteaftrek in bepaalde partnerschapssituaties te voorkomen. Het gaat hierbij onder meer om personen die samen met een partner een woning kopen en financieren en die daarvoor al een eigen woning hadden of om personen die een eigen woning hebben met een partner die komt te overlijden. De ‘bijleenregeling’, de ‘aflossingsstand’ en het overgangsrecht BEWS worden hierdoor effectief op het niveau van de partners toegepast. Ook wordt de eigenwoningregeling in situaties van overlijden vereenvoudigd.
Onbezorgd IB-aangifte doen?
Met Nextens ben je volledig in controle.
Wijzigingen door rechtspraak (Kerst-arrest box 3)
Het meest bekende voorbeeld hiervan is het befaamde Kerst-arrest van 24 december 2021 betreffende de box 3-heffing. In dit arrest heeft de Hoge Raad over de massaalbezwaarvraag van box 3 geoordeeld dat het sinds 2017 geldende forfaitaire stelsel van box 3 op stelselniveau in strijd is met het recht op eigendom en het gelijkheidsbeginsel uit het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Volgens de Hoge Raad bestond er geen redelijke verhouding meer tussen enerzijds de belangen die de wetgever met het forfaitaire stelsel nastreefde (uitvoerbaarheid, realiteit en opbrengst) en anderzijds de ongelijkheid die met het stelsel werd veroorzaakt. De Hoge Raad was van oordeel dat rechtsbescherming was vereist door middel van een op rechtsherstel gerichte compensatie. Het kabinet besloot in eerste aanleg rechtsherstel te bieden via het ‘Beleidsbesluit rechtsherstel box 3’ van 28 juni 2022. Dit besluit bevat de berekening van het voordeel uit sparen en beleggen in box 3 voor nog niet onherroepelijk vaststaande en nog niet vastgestelde aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor de kalenderjaren 2017 tot en met 2022.
Het kabinet heeft vervolgens op Prinsjesdag (als onderdeel van het Belastingplanpakket 2023) het wetsvoorstel Wet rechtsherstel box 3 ingediend dat rechtsherstel biedt via dezelfde forfaitaire spaarvariant als het eerdergenoemde Beleidsbesluit. Op basis van dit rechtsherstel geldt voor de belastingplichtige voor het jaar 2022 (nog) de laagste uitkomst van hetzij de forfaitaire bepaling van het voordeel uit sparen en beleggen volgens de regels van de Wet IB 2001, hetzij de berekening van dit voordeel volgens deze spaarvariant.
Het kabinet had op Prinsjesdag (in navolging van het arrest van de Hoge Raad van 20 mei 2022) echter besloten om de groep niet-bezwaarmakers niet te compenseren. Dit leidde tot veel verontwaardiging. Tienduizenden mensen gaven gehoor aan oproepen van koepelorganisaties en van fiscale dienstverleners (NBA, NOAB, NOB, RB en SRA), de Consumentenbond en de Bond voor Belastingbetalers) om bezwaar aan te tekenen. Naar aanleiding hiervan heeft de staatssecretaris besloten om een nieuwe collectieve rechtszaak te starten, de ‘massaal bezwaar plus’-procedure. Inhoudelijk gaat het dan om de vraag of de zogenoemde forfaitaire spaarvariant een juiste invulling is van het begrip ‘werkelijk behaalde rendement’ zoals verwoord in het Kerstarrest.
Los van alle recente initiatieven van het ministerie van Financiën om op een zo efficiënt mogelijke manier rechtsherstel te bieden, is het voor de zekerheid veelal het beste om namens uw cliënt toch bezwaar in te dienen bij een belastingaanslag IB 2022 met een kwestieuze box 3 -heffing. Box 3 fiscaal expert Cor Overduin heeft ons bericht dat de Wet rechtsherstel box 3 28 (in meer of mindere mate) zwakke punten bevat hetgeen evenzovele bezwaargronden zouden kunnen worden tegen een kwestieuze belastingaanslag IB 2022. Nextens is momenteel bezig om te bezien of, en zo ja hoe, deze 28 bezwaargronden tot praktisch, handzaam bezwaarschrift kunnen worden omgewerkt.
Wijzigingen door meerjarige trendachtige ontwikkelingen
- Het tarief voor aftrekposten daalt in 2022 naar 40% (was 43%). Dit betekent dat iedereen met een inkomen in de tweede schijf (hoger dan € 69.398) minder voordeel heeft van het deel van verschil¬lende aftrekposten dat valt in de tweede schijf. Hierbij gaat het onder andere om de hypotheekrente¬aftrek, de zelfstandigenaftrek en de persoonsgebonden aftrekposten.
- De uitbetaalbaarheid van de algemene heffingskorting, de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting aan de minstverdienende partner is met ingang van 1 januari 2022 beperkt tot 6,2/3%.)
- De uitfasering aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld (Hillen-aftrek) Per 1 januari 2019 is de afbouw van de zgn. aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld (Hillen-aftrek) gestart. Het positieve verschil tussen het in aanmerking te nemen eigenwoningforfait van de eigen woning en de hierop drukkende aftrekbare kosten (zoals de eigenwoningrente) wordt daardoor in 2022 niet meer voor 100% als aftrekpost in aanmerking genomen, maar voor 86 2/3%. Dat percentage wordt in de komende jaren stapsgewijs verder afgebouwd tot nihil in 2048.
Ik wens je veel inspiratie en alertheid toe bij het indienen van de belastingaangiften van jouw cliënten.
Onbezorgd IB-aangifte doen?
Met Nextens ben je volledig in controle.