Eind vorig jaar publiceerde Financiën een essaybundel met de titel ‘Tax Governance, maatschappelijke verantwoordelijkheid en ethiek. Tijd voor een code?’. Met de toeslagenaffaire en alle ellende die dat voor ruim 22.000 belastingplichtigen met zich meebracht, zou je op het eerste gezicht denken dat het hier gaat om een ontwerpregeling gedragsregels voor ambtenaren van de Belastingdienst en het Ministerie van Financiën. Maar bij nadere kennisneming blijkt het te gaan om opstellen die zijn geschreven door partijen uit de belastingadviespraktijk, NGO’s, het bedrijfsleven, het onderwijs, het FNV en de wetenschap.
Richtlijnen voor bedrijfsleven en belastingadviseurs
De Tweede Kamer vond in 2019 namelijk, gealarmeerd door de publieke verontwaardiging over de Panama Papers en het belastingontwijkend gedrag van multinationals, dat er voor bedrijfsleven en belastingadviseurs richtlijnen moesten komen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen op het gebied van belastingen. Met de kennis van toen valt daar misschien iets voor te zeggen, met de kennis van nu niet meer.
Te veel regelgeving
Ten eerste omdat er al veel regelgeving is op het gebied van (medeplichtigheid aan) belastingontduiking. Ten tweede omdat de belastingadviespraktijk zichzelf de afgelopen jaren al heeft gereguleerd. Tegenwoordig hebben de grote belastingadvieskantoren veelal een afdeling waar fiscale adviezen of vragen van cliënten worden getoetst, zowel aan het eigen normenkader als de bredere maatschappelijke context. Maar ook kleinere kantoren zullen niet langer zonder meer tegemoet komen aan wensen van (potentiële) klanten die vragen om het opzetten van belastingontwijkende constructies. Hoewel belastingontwijking nog steeds niet illegaal is natuurlijk. Ten derde omdat de Nederlandse overheid belastingontwijking in een nog niet eens zo heel ver verleden zelf heeft geëntameerd door in de V.S. de boer op te gaan met fiscale voordelen voor multinationals als ze zich in Nederland wilden vestigen. Die multinationals zorgen nog steeds voor werkgelegenheid in Nederland. Belastingadviseurs deden dus gewoon hun werk, en niemand die dat maatschappelijk onverantwoord vond.
Fiscaal ethisch gedrag niet van 1 kant
Dat fiscaal ethisch gedrag niet van één kant kan komen, spreekt vanzelf. Althans voor de belastingplichtigen en de belastingadvieswereld. Voor de fiscus is dat niet zo vanzelfsprekend. In 2015 bood de NOB de toenmalige staatssecretaris Menno Snel een model handvest ‘Rechten en plichten van de belastingplichtige’ aan. Die zag daar toen absoluut geen brood in: er waren al genoeg regeltjes waar ambtenaren zich aan moesten houden, die wisten heus wel hoe ze zich moesten gedragen. Inmiddels weten we hoe dat heeft uitgepakt.
Regels voor de overheid
De belastingadvieswereld heeft al vaak genoeg gewezen op de wildgroei aan anti-misbruikregels die is ontstaan en de opvatting bij veel belastingambtenaren dat alle Nederlanders in beginsel fraudeurs zijn. De belastingplichtigen, particulieren, ondernemers en de belastingadvieswereld hebben behoefte aan een betrouwbare overheid, die zich redelijk opstelt. Een tax governance code moet dus ook regels voor de overheid bevatten. Die zijn al in de maak bij de Europese Commissie. Die werkt namelijk aan een European Tax Payer Charter, waarin de verplichtingen van belastingplichtigen én overheid zijn vastgelegd.