De Belastingdienst en het OM kiezen in de praktijk steeds vaker voor strafrechtelijk vervolging bij het opzettelijk onjuist doen van btw-aangifte. Recentelijk heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch een voorzitter van twee stichtingen veroordeeld tot een gevangenisstraf voor het opzettelijk onjuist doen van btw-aangifte.
Casus
De bestuurder heeft over de periode 2012 tot en met 2017 namens de stichtingen meerdere malen onjuiste aangiften omzetbelasting ingediend en daarmee ten onrechte bedragen aan omzetbelasting teruggevraagd en ontvangen. Het betreft een bedrag van € 286.150.
De ten onrechte ontvangen geldbedragen zijn vrijwel direct na ontvangst overgeboekt naar de privébankrekening van de bestuurder, bankrekeningen van zijn gezinsleden en naar bedrijven. De verdachte heeft zich hiermee tevens schuldig gemaakt aan (gewoonte)witwassen.
Het hof veroordeelt de bestuurder, op grond van het hiervoor genoemde, voor een gevangenisstraf voor 15 maanden (waarvan 3 maanden voorwaardelijk).
Tips voor de praktijk
In de praktijk komt het regelmatig voor dat er om diverse redenen ervoor wordt gekozen om een onjuiste btw-aangifte te doen. De grootste reden hiertoe in de afgelopen maanden is het hebben van financiële problemen. De Belastingdienst en het Openbaar Ministerie pakken dit soort zaken steeds vaker strafrechtelijk aan met als gevolg dat een gevangenisstraf of een taakstraf wordt opgelegd. Een ander bijkomend nadeel is dat desbetreffende persoon een strafblad heeft en daarmee bijvoorbeeld in de problemen raakt bij het aanvragen van een VOG (verklaring omtrent gedrag).
Bij het hebben van financiële problemen is het verstandiger om een correcte btw-aangifte in te dienen en te verzoeken om uitstel van betaling. Het verdient in dergelijke gevallen tevens aanbeveling om melding betalingsonmacht te doen om eventuele bestuurdersaansprakelijkheid risico te minimaliseren.
In sommige gevallen is het nog mogelijk om eerder ingediende onjuiste btw-aangiften te corrigeren zonder strafrechtelijke consequenties. In dergelijke gevallen wordt veelal nog wel een bestuursrechtelijke boete opgelegd, maar dit is minder ernstig dan een strafrechtelijke boete, taakstraf of gevangenisstraf.
Europees Openbaar Ministerie
Sinds 1 juni 2021 kunnen grensoverschrijdende btw-fraude zaken ook worden onderzocht door het Europese Openbaar Ministerie. Het Europese Openbaar Ministerie verwacht veel btw-fraudezaken te onderzoeken, ook waar Nederlandse bedrijven bij zijn betrokken. Een onderzoek naar btw-fraude kan onder meer worden ingesteld indien twee of meer lidstaten betrokken zijn en een bedrag van tenminste 10 miljoen euro mee is gemoeid. Nederland heeft zich als lidstaat bij het Europees Openbaar Ministerie aangesloten. Binnenkort zal bekend worden gemaakt welke zaken als eerste worden geopend.
Geschreven door: Mr. Najat Idrissi werkzaam als advocaat belastingkundige en btw-specialist bij L&I advocaten en Mr. Touria Khidous ook werkzaam als advocaat bij L&I advocaten.