Aangezien het Brexit-uitstel is verlengd tot 31 oktober 2019 is nog steeds niet duidelijk óf er een Brexit komt en zo ja in welke vorm. Een Britse werknemer moet er echter rekening mee houden dat deze grote fiscale een sociale zekerheidsgevolgen zal hebben. Het Verenigd Koninkrijk wordt na uittreden immers beschouwd als een derde land.
Verblijf- en werkvergunning
Als Brits onderdaan die in Nederland werkt, krijgt u tot 2020 een tijdelijke verblijfsvergunning en daarna moet u om een permante verblijfsvergunning verzoeken. Tevens moet u een werkvergunning aanvragen. Beide documenten moeten aan de werkgever worden verstrekt en in diens loonadministratie worden opgenomen. Gebeurt dit niet? Dan wordt u als anonieme werknemer beschouwd. Het gehele salaris wordt dan belast tegen het toptarief van momenteel 51.75% (vanaf 2021 waarschijnlijk 49.5%).
Nog meer weten over de Brexit-gevolgen?
De btw-gevolgen van Brexit – en hoe u zich hierop voorbereidt
De situatie na 2019
Bij een Brexit wordt het beeld vanaf 2020 heel anders. Voor het bepalen van de fiscale positie moet u eerst nagaan of de Britse werknemer woonachtig is in het Verenigd Koninkrijk of in Nederland.
Stappenplan voor het bepalen van de fiscale woonplaats
De fiscale woonplaats moet worden bepaald aan de hand van criteria die zijn opgenomen in artikel 4 van het belastingverdrag met het Verenigd Koninkrijk. Voor een Brit werkzaam in Nederland is van belang of hij zijn duurzaam tehuis in Nederland of het Verenigd Koninkrijk heeft. Indien dit niet kan worden bepaald is beslissend in welk land het middelpunt van de levensbelangen is gelegen. Dit is het land waar de familie woont of waar de werknemer werkt.
Voor een Britse werknemer in Nederland betekent dit het volgende. Woont hij met zijn gezin in Nederland? Dan zal zijn woonplaats hier zijn gelegen. Hij wordt dan behandeld als binnenlands belastingplichtige en is gerechtigd tot alle fiscale aftrekposten en faciliteiten.
Blijft zijn gezin achter in het Verenigd Koninkrijk en keert hij daar regelmatig naar terug? Dan is hij fiscaal inwoner van het Verenigd Koninkrijk. Hij wordt in Nederland belast als buitenlands belastingplichtige.
Land dat salaris mag belasten
Als de Britse werknemer zijn fiscale woonplaats in het Verenigd Koninkrijk heeft en salaris in Nederland geniet, dan moet u nagaan waar dit is belast. Hiervoor is een regeling opgenomen in artikel 14 van het belastingverdrag.
De hoofdregel is: salaris wordt belast in de werkstaat. Het salaris wordt echter belast in de woonstaat indien:
- de werknemer minder dan 183 dagen in de werkstaat verblijft; en
- hij het salaris door of namens werkgever in woonland ontvangt; en
- het salaris niet ten laste van vaste inrichting in werkstaat komt.
Dit kennisdocument vindt u mogelijk ook interessant:
Brexit en de inkomstenbelasting – wat gaat er gebeuren?
Belasting als buitenlands belastingplichtige
Indien de Britse werknemer als buitenlands belastingplichtige wordt belast, heeft de Brexit belangrijke fiscale gevolgen. Van zijn salaris wordt maandelijks loonbelasting ingehouden. De in te houden belasting wordt maandelijks verminderd met 1/12 deel van de inkomensafhankelijke arbeidskorting. Dit is een aftrek voor fictieve arbeidskosten.
Voorbeeld:
Stel: de Britse werknemer heeft in 2020 een maandsalaris van € 7.000. De maandelijks te verrekenen arbeidskorting zou op basis van de 2019 loonbelastingtabel € 33,50 bedragen. Aangezien het Verenigd Koninkrijk geen deel meer uitmaakt van de EU is hij echter niet meer gerechtigd tot het belastingdeel van de arbeidskorting. Dit is gelijk aan het belastingpercentage van de tweede schijf/belasting en sociale premies. Het belastingdeel is voor 2019 gelijk aan 10.45/38.10 = 27.4%
Dit betekent dat de arbeidskorting voor de Britse werknemer op basis van de gegevens voor 2019 wordt verminderd met 27.4%. De maandelijkse arbeidskorting bedraagt in het beschreven geval daarom geen € 33,50. maar slechts € 24,32.
Ook kan de Brit geen beroep meer doen op de regeling voor kwalificerende buitenlands belastingplichtigen die 90% van hun inkomsten in Nederland verdienen. Onder deze regeling worden inwoners van een lidstaat van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte belast als binnenlands belastingplichtige als zij tenminste 90% van hun inkomsten in Nederland verdienen. Ze zijn dan gerechtigd tot alle aftrekposten die een inwoner van Nederland geniet. Dit betekent dat een Britse werknemer na de Brexit alle fiscale aftrekposten verliest, omdat hij zich ook niet meer kan beroepen op gunstige uitspraken van het Hof Van Justitie van de Europese Gemeenschappen.
Sociale zekerheid
De gevolgen van een no-deal Brexit zijn door de Minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid beschreven in een brief van 15 februari jl. De voornaamste consequentie is dat, indien de Brit kinderen heeft, hij twee kwartalen na de Brexit zijn recht op kinderbijslag, het kindgebonden budget en de kinderopvangtoeslag verliest. Deze uitkeringen worden dan niet meer naar het Verenigd Koninkrijk geëxporteerd.
Lees verder:
Wat betekenen douane-problemen door Brexit voor ondernemers?