Belastingplichtigen met meer dan €57.000 aan spaargeld krijgen in 2023 mogelijk een onaangename verrassing. De definitieve belastingaanslag rekent met een rendement van 0,92%, terwijl het in de voorlopige aanslag nog 0,36% was. Dit komt door de gestegen spaarrentes in dat jaar, waardoor de extra belasting voor spaarders hoger uitvalt dan verwacht.
Twee en een half keer meer
De fiscus moet nog het definitieve rendementspercentage voor spaargeld, deposito’s en contanten bekendmaken. Maar volgens René Bruel, expert vermogensplanning bij ABN Amro MeesPierson, wordt dit percentage naar verwachting 0,92% op basis van gegevens van De Nederlandsche Bank (DNB). Dit kan leiden tot ruim tweeëneenhalf keer meer box 3-heffing voor belastingplichtigen met veel spaargeld.
In voorgaande jaren werd het rendement op spaartegoeden onderschat. Voor 2023 ging de fiscus uit van 0,01%, terwijl het nu op 0,92% ligt. Bruel waarschuwt dat het rendement op sparen voor 2024 opnieuw dreigt te worden onderschat, omdat de spaarrente hoger is dan de voorlopige aanslag aangeeft (1,43% versus 1,03%).
Verondersteld versus werkelijk
Ook de definitieve rente op schulden in box 3 pakt minder gunstig uit voor belastingbetalers dan in de voorlopige aanslag was voorzien. Het belastbaar inkomen in box 3 wordt hierdoor minder verlaagd dan verwacht, met een rente van 2,46% in plaats van 2,57%.
Het verschil tussen voorlopige en definitieve aanslagen komt voort uit de wens om veronderstelde rendementen in box 3 beter te laten aansluiten bij de werkelijke inkomsten uit sparen en beleggen. Dit besluit volgt op een arrest van de Hoge Raad in 2021, en het kabinet streeft ernaar de belasting in box 3 uiteindelijk volledig te baseren op werkelijke opbrengsten.
Nog geen bevestiging
Het ministerie van Financiën bevestigt het door Bruel berekende rendementspercentage nog niet, maar geeft aan dat de methode overeenkomt met de berekeningen op basis van DNB-gegevens. De Belastingdienst hanteert bij voorlopige aanslagen een geschat rendement om grote afwijkingen met de definitieve aanslag te voorkomen. Voor ‘overige bezittingen’ in box 3, zoals onroerende zaken, aandelen en obligaties, staat het rendementspercentage voor 2023 vast op 6,17%, gebaseerd op langjarige gemiddelde rendementen.