De NOW 2.0 aanvraag van het Haagse restaurant De Basiliek is terecht afgewezen. Dat oordeelt de rechtbank Den Haag. De accountant van het restaurant deed zonder overleg een nul-aangifte over maart 2020 met als gevolg een afwijzing van de aanvraag. Dat is volgens de rechtbank voor rekening en risico van de ondernemer.
Nul-aangifte
De wetgever heeft er daarnaast bewust voor gekozen geen hardheidsclausule op te nemen. Waardoor er geen ruimte is om af te wijken en alsnog tot toekenning van een voorschot over te gaan. Het restaurant kreeg tijdens de eerste steunronde van de loonkostensubsidie een tegemoetkoming van €107.268,-. Toen de tweede ronde af werd gewezen tekende de ondernemer tevergeefs bezwaar aan.
De restauranthouder stapte vervolgens naar de rechter. Volgens het restaurant had de accountant zonder overleg en medeweten op 22 april 2020 een nul-aangifte over de maand maart 2020 ingediend. Hierover verklaarde de accountant dit te hebben gedaan met de intentie om tijd te winnen. Om uit te zoeken op welke wijze oproepkrachten vanaf de sluiting in maart verloond moesten worden.
Bijzondere omstandigheden
De accountant was van plan daarna de aangifte te corrigeren. Dat is uiteindelijk op 15 juli 2020 dan ook gedaan. Het belangrijkste punt van de ondernemer is dat het doen van een nul-aangifte over maart 2020 gelijkgesteld moet worden aan de situatie waarin er over deze maand geen loongegevens bekend zijn.
Verder stelde het restaurant dat in dit geval sprake is van bijzondere omstandigheden als bedoeld in artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). En moet er dus worden afgeweken van het beleid van het UWV. Dit omdat de toepassing van dit beleid onevenredige gevolgen heeft voor de horecaondernemer.
Terecht afgewezen
De rechter ziet geen aanleiding om het standpunt van de ondernemer te volgen. Het doen van een nul-aangifte kan volgens de rechter niet gelijk worden gesteld met het nalaten van het doen van loonaangifte. Van de voorbeelden die door minister Koolmees zijn genoemd waarbij het aannemelijk is dat er geen loongegevens beschikbaar zijn, is hier geen sprake stelt de rechter.
Hoewel de rechtbank begrip heeft voor de lastige situatie waarin het restaurant op dit moment verkeert, ziet de rechtbank dus geen aanleiding voor het oordeel dat in dit geval afgeweken moet worden van de bepalingen van de regeling in de zin dat uitgegaan wordt van de gegevens uit de gecorrigeerde aangifte loonheffingen van 15 juli 2020. Het UWV heeft de aanvraag van het restaurant dus terecht en op goede gronden afgewezen, oordeelt de rechtbank.
Bron: AV