De nieuwe vermogensbelasting dreigt nu al vertraging op te lopen. De invoering van de vermogenstaks op werkelijke rendementen staat op de planning voor 2025. Die datum is echter ook wanneer er geen onvoorziene problemen optreden moeilijk te halen, waarschuwen ambtenaren van Financiën en de Belastingdienst in de Tweede Kamer. Volgende week staat een debat over de nieuwe heffing op de agenda. De wetgeving moet als alles volgens planning gaat, begin volgend jaar door de Tweede Kamer worden behandeld.
Wetgeving
‘Liggen we op koers voor 2025 of niet?’, vroeg Pieter Omtzigt maandag. Financiën en de Belastingdienst konden dat niet met zekerheid zeggen. Jan Melsen van de Belastingdienst waarschuwde dat het grootste risico ligt in het op tijd gereed hebben van de wetgeving. De datum van 1 januari 2025 kwam in het coalitieakkoord na een advies van Cap Gemini. De datum zou volgens het advies haalbaar zijn onder bepaalde voorwaarden. De wetgeving moet op tijd klaar zijn, de technische voorbereidingen moeten op tijd beginnen en er mag geen extra werk bijkomen.
Aan die voorwaarden is niet voldaan. De oorzaak is het arrest van de Hoge Raad van eind vorig jaar. De Raad oordeelde dat de huidige taks sinds 2017 onrechtmatig is en dat bezwaarmakers geld terug moeten krijgen. Oftewel een grote hersteloperatie voor de Belastingdienst. Melsen benadrukte dan ook dat ze achterlopen op de oorspronkelijke planning. Of de deadline überhaupt nog haalbaar is hangt af van hoe ingewikkeld de wetgeving zal worden, stelt hij.
Voorbarige keuze
Staatssecretaris Van Rij heeft afgelopen april een voorstel op hoofdlijnen naar de Kamer gestuurd. In dat voorstel kiest het kabinet ervoor vermogenden zowel belasting te laten betalen over inkomen uit bezittingen in box 3 als over de papieren waardeontwikkeling (winst of verlies) van hun aandelen, vastgoed of andere beleggingen. Tweede Kamerlid Folkert Idsinga (VVD) vindt dat te snel gaan.
De VVD’er toonde zich dan ook verbaasd over de keuze om alleen het voorstel met een zogenaamde vermogensaanwasbelasting uit te werken. Op alternatieven, zoals een vermogenswinstbelasting, werd niet ingegaan. Idsinga waarschuwde dat belastingbetalers in liquiditeitsproblemen kunnen komen bij een vermogensaanwasbelasting. Zo kan een pand veel meer waard worden en kan de eigenaar onvoldoende middelen op de bank hebben staan om de belasting erover te voldoen. Volgens de VVD’er leek het, tot zijn verbazing, alsof de keuze voor de methode al is gemaakt.
Arbitrage
De tijd dringt, want hoe langer het duurt om op basis van werkelijk rendement te heffen hoe langer de tijdelijke wetgeving van kracht blijft. En die brengt risico met zich mee waarschuwt de fiscus, bijvoorbeeld arbitrage. Iemand zou aan het eind van het jaar zijn of haar aandelen kunnen verkopen, de opbrengst inclusief het rendement van dat jaar op een spaarrekening zetten met nul rente, om het dan in januari opnieuw op de beurs te gaan beleggen, schrijft het FD.