Beursgenoteerde bedrijven moeten steeds meer rapporteren op het gebied van duurzaamheid, sociaal beleid en goed bestuur. Volgens belangenbehartiger van grote beleggers, Eumedion weten bedrijven niet goed waar ze aan toe zijn. Accountants- en advieskantoor EY concludeert echter dat de klimaatverslaggeving bij veel bedrijven nog ondermaats is.
Nederland loopt achter
Het gaat om de kwaliteit van de zogenoemde ESG-verslaggeving (Environmental Social Governance). EY bekeek de jaarverslagen van 64 organisaties. Er werd specifiek gecontroleerd op het gebied van klimaat aan de hand van een vrijwillige set van regels van de Financial Stability Board, een verband van financiële toezichthouders, schrijft het FD.
Veel Nederlandse bedrijven blijken met klimaatverandering bezig te zijn. Driekwart van de onderzochte ondernemingen rapporteert in de jaarverslagen over uitstoot en andere vervuiling. De helft stelt zelfs klimaatdoelen op. Maar daar houdt het goede nieuws op. De vaderlandse bedrijven lopen achter op de rest van de wereld als het gaat om het concreet besturen van de risico’s. Verder is er nog weinig samenhang in de strategische keuzes die bedrijven maken, aldus EY.
Boekhoudstandaarden
Het rapporteren over duurzaamheid is een belangrijk thema tijdens de klimaattop in Glasgow van volgende week. De experts van de boekhoudkundige standaardmaker IFRS hebben werken aan nieuwe standaarden voor duurzaamheid. De eerste resultaten van hun werk zal volgende week in Schotland worden gepresenteerd.
Tegelijkertijd werkt men in Brussel ook aan een set van regels op om dezelfde manier te meten hoe ‘groen’ bedrijven zijn. Daar hoort een verplichte rapportage en controle door account bij. Maar bedrijven blijken ermee te worstelen volgens het Eumedion onderzoek dat werd uitgevoerd door de Universiteit Maastricht.
Balans
Veel bestuurders vinden de duurzaamheidsverslagen te veel tijd en geld kosten. Bovendien zijn ze niet nuttig. In totaal werden 97 bestuurders van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen geinterviewd. waaronder veertien ceo’s, vijf cfo’s, negentien commissarissen en 31 duurzaamheidsmanagers. Daarnaast werden de jaarveslagen over 2020 onderzocht.
Uit de interviews kwam naar voren dat de bedrijven maar moeilijk een balans kunnen vinden tussen rapportages, de administratieve last voor de onderneming en de informatievraag van belanghebbenden, aldus het onderzoek.
Frustraties en kosten
Een frustratie is het gebrek om de standaarden te kunnen vergelijken. ‘De correlatie tussen de conclusies van de verschillende kredietbeoordelaars is 0,99. Die van duurzaamheidsbeoordelaars is 0,61’, zegt de duurzaamheidsmanager van een dienstverlener uit de AEX. Dat zorgt ervoor dat een bedrijf voor de een duurzaam is en voor de ander misschien niet, erg verwarrend dus.
Verder blijkt dat ondernemingen vaak enkel vinkjes zetten. ‘De ratingsbureaus kijken helemaal niet of je het goed doet, maar alleen maar of je een bepaalde zin in je jaarverslag hebt staan. Als dat zo is, krijg je de punten.’ Daarnaast rijzen de kosten de pan uit. Zeker voor kleinere bedrijven is dat problematisch. Volgens een ceo van een industriebedrijf uit de Midkap zou je tien mensen moeten huren om aan alle rapportage-eisen te voldoen, aldus het FD.