In de praktijk is vaak onbekend dat stichtingen onderworpen kunnen zijn aan de vennootschapsbelasting. Bestuurders van een stichting nemen vaak het standpunt in dat hun stichting niet aan de vennootschapsbelasting is onderworpen, omdat de stichting in de praktijk geen winstoogmerk heeft en volgens de statuten die ook niet mogen hebben. Deze misvatting leidt in de praktijk wel eens tot fiscale problemen. Hierna dan ook even in het kort hoe het echt zit.
Stichting en vennootschapsbelastingplicht
Het vertrekpunt is namelijk dat een stichting vennootschapsbelastingplichtig is voorzover zij een onderneming drijft. Van een onderneming is sprake indien aan de volgende criteria wordt voldaan:
- Er is een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid. Daar is bij een stichting al snel aan voldaan.
- Er wordt aan het economische verkeer deelgenomen. Bij het buiten een beperkte kring optreden, wordt hier al aan voldaan. Dit is in de praktijk vaak het geval.
- Het criterium waar in de praktijk veel discussie over ontstaat, is die van het winstoogmerk. Verschillende werkzaamheden kunnen in de praktijk tot verschillende uitkomsten leiden. Structurele exploitatieoverschotten kunnen echter tot de conclusie leiden dat sprake is van een winstoogmerk.
Onderneming en concurrentie
Indien en voorzover de stichting geen onderneming drijft, is er geen vennootschapsbelastingplicht.
Dit is anders indien de stichting werkzaamheden verricht waarmee wordt verondersteld dat in concurrentie wordt getreden met wel volledig vennootschapsbelastingplichtige rechtspersonen. Het winstoogmerk kan met andere woorden opzij worden gezet door het concurrentiecriterium. Ook als niet aan het winstoogmerk wordt voldaan kan de stichting aan de vennootschapsbelasting onderworpen zijn.
Subsidies
Hoe zit het dan met subsidies? Leiden die dan tot onderworpenheid aan de vennootschapsbelasting? Dat hangt er van af. Hierbij is onder meer van belang welke subsidie het betreft en welke voorwaarden daaraan verbonden zijn.
ANBI-status
Een andere misvatting is dat een stichting die de ANBI-status heeft niet aan de vennootschapsbelasting onderworpen kan zijn, omdat deze statutair geen winstoogmerk mag hebben. Echter, ook de stichting met een ANBI-status zal aan de hiervoor genoemde criteria getoetst moeten worden. Uit de feiten en omstandigheden kan namelijk blijken dat de stichting met een ANBI-status ook aan de vennootschapsbelasting is onderworpen. Dat in de wet niet is opgenomen dat het hebben van de ANBI-status de onderworpenheid aan de vennootschapsbelasting in de weg staat, ondersteunt dit.
Winst voor de vennootschapsbelasting
Betekent dit dat bij vennootschapsbelastingplicht de stichting met haar gehele activiteiten en haar gehele winst aan de vennootschapsbelasting onderworpen is? Nee, niet per se. Er zal namelijk beoordeeld moeten worden welke activiteiten er verricht worden, waarbij iedere activiteit afzonderlijk beoordeeld wordt. Behalve als deze met elkaar verweven zijn. Dit kan betekenen dat een stichting een belaste en onbelaste sfeer kent. De stichting is alleen voor haar belaste sfeer aan de vennootschapsbelasting onderworpen.
Algemene subjectieve vrijstelling
Als de conclusie is dat de stichting deels of geheel vennootschapsbelastingplichtig is, dan betekent dit niet per se dat de stichting vennootschapsbelasting verschuldigd is. Zo kan onder meer de algemene subjectieve vrijstelling, indien aan de daarvoor geldende voorwaarden wordt voldaan, ertoe leiden dat de stichting uiteindelijk geen vennootschapsbelasting verschuldigd is. Zo zal de stichting jaarlijks niet meer dan €15.000,00 winst moeten behalen en per vijf jaar bezien niet meer dan €75.000,00.
Dat kan in de praktijk tot allerlei ingewikkelde situaties leiden en bijvoorbeeld tot directe afrekening over stille reserves bij de overgang van een belaste sfeer naar een vrijgestelde sfeer. De stichting zal er in dergelijke gevallen mogelijk voor willen kiezen om wel belastingplichtig te zijn voor de vennootschapsbelasting.
Stichting en vennootschapsbelasting: niet zo eenvoudig als dat het lijkt.