Het is ruim tien jaar geleden dat de financiële crisis begon. In de crisisjaren en jaren daarna maakten bedrijven veel fiscale ongelukken. Bedrijven hadden geen aandacht meer voor de juridische structuur, hebben fiscale voordelen verspeeld of hebben zelfs gezorgd voor extra belastingheffing. In deze tijd waarin een nieuwe crisis zich aandient, is het goed hier bij stil te staan. Ik behandel in deze column drie veel voorkomende fiscale ongelukken en laat zien hoe je deze ongelukken kunt voorkomen.
1. Voorkom belastingheffing over 2019
2019 was voor veel bedrijven een goed jaar. Daar hoort ook een passende belastingheffing bij. Je bent nu druk je bedrijf gezond te houden, dus er is minder tijd voor boekhouding en belastingen. Ga toch met de fiscale positie 2019 aan de slag en voorkom zoveel mogelijk belastingheffing over 2019. Wees voorzichtig met winstneming, kijk kritisch naar je vorderingen, je debiteuren en de waarde van je bedrijfsmiddelen en voorraden. Tref voorzieningen daar waar mogelijk of vorm een coronareserve. Alle heffing die je nu uitstelt leidt op korte termijn tot minder afdracht van inkomsten- of vennootschapsbelasting. Afhankelijk van de resultaten in de toekomst voorkom je de belastingheffing.
10 tips voor belastingadviseurs om klanten te helpen overleven tijdens de coronacrisis
2. Wees kritisch op het gebruikelijk loon
Het gebruikelijk loon kan zorgen voor een groot fiscaal ongeluk. De DGA blijft vaak de loonheffing over zijn salaris afdragen. Dat salaris moet immers minimaal € 46.000 zijn, hoort de DGA om zich heen. Het bedrijf kan het salaris nu alleen helaas niet betalen. De DGA krijgt dus op papier salaris en een vordering op zijn BV. Die vordering loopt snel op als de periode van niet betalen enige tijd doorloopt.
Stel dat het uiteindelijk slecht afloopt met de BV en de vordering is waardeloos, dan wil de DGA de vordering afwaarderen. Hij heeft er namelijk al belasting over betaald. Nu hij uiteindelijk niets krijgt, zou hij de betaalde loonbelasting toch ook terug moeten krijgen? De inspecteur staat deze afwaardering niet toe. Het is een zogenaamde onzakelijke vordering. De DGA staat met lege handen: de verliezen in de vennootschap kan hij alleen in de toekomst verrekenen en afgedragen loonbelasting krijgt hij niet terug. Deze DGA heeft belastingheffing gecreëerd.
Hoe kun je dit voorkomen? Houd een vergadering met aandeelhouders en stel vast dat de DGA (bijna) geen werkzaamheden voor de vennootschap verricht. Bepaal in die vergadering dat de DGA daarom per direct geen salaris meer krijgt. Verricht de DGA nog wel werkzaamheden? Kijk dan of het salaris niet te hoog is.
3. Stop of verlaagd de managementfee
Vaak is er bij DGA’s sprake van een managementstructuur. De DGA is in dienst bij de holding en de holding stelt de DGA als manager aan de werkmaatschappij ter beschikking. De werkmaatschappij betaalt aan de holding een vergoeding: de managementfee. Als de DGA minder gaat werken of in het geheel stopt, dan wil de werkmaatschappij ook minder of geen managementfee meer betalen. In de vorige crisis zag ik vaak dat de managementfee wel werd berekend, maar slechts deels of helemaal niet werd uitbetaald. Er ontstaat dan een vordering van de holding op de werkmaatschappij. Omdat de managementfee hoger is dan het verlaagde salaris, maakt de holding winst en moet daarover vennootschapsbelasting betalen. In de werkmaatschappij vergroot de fee het fiscale verlies, maar of dat verlies ook tot een directe belastingteruggave leidt? Als de holding de vordering op de werkmaatschappij niet kan innen, kan zij de vordering dan ten laste van haar fiscale winst afwaarderen? Het antwoord is meestal “nee”. Misschien dat het verlies in de (verre) toekomst bij een liquidatie van de werkmaatschappij verrekenbaar is?
Maak nu de juiste keuzes
In tijden van crisis heeft belastingheffing, begrijpelijk, niet de eerste aandacht bij ondernemers. Maar door juist nu de juiste keuzes te maken, voorkom je ongelukken. Net zoals bij veel zaken is voorkomen beter dan genezen!