Er moet een akkoord worden gesloten over de nieuwe verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) voor zzp’ers. Organisaties van werkgevers, werknemers en zzp’ers worden het nog niet eens over onder meer de hoogte van de uitkering op het moment van ingaan. Dit hebben ingewijden rondom de gesprekken laten weten.
Advies
De verplichte aov voor zelfstandigen zonder personeel komt uit het pensioenakkoord en was voor Groenlinks en PvdA een voorwaarde voor steun aan de hervormingen. Van de miljoen zzp’ers is slechts 21% verzekerd. Minister van Sociale Zaken, Wouter Koolmees, wil nu een advies van de werkgevers en werknemersorganisaties over wat een betaalbare en voor iedereen toegankelijke verzekering is.
Het moet in ieder geval een publiek uitgevoerde volksverzekering worden. Voor de zzp’ers en directeuren-grootaandeelhouders (dga’s) die al verzekerd zijn komt hoogstwaarschijnlijk een uitzondering van de verplichtstelling. Maar over de belangrijkste punten zijn de partijen het nog niet eens. De hoogte van de premie en uitkering maar ook de duur van de wachttijd zijn knelpunten.
De verschillen
Werkgeversorganisatie VNO-NCW en zzp’ers zetten in een op een relatief laag verplicht verzekerd inkomen met een bijbehorende lage premie, met de mogelijkheid om dat zelf aan te vullen. De redenatie is dat ondernemers het zoveel mogelijk zelf moeten kunnen inschatten.
- 21% van alle zelfstandigen (300.000) heeft nu een arbeidsongeschiktheidsverzekering.
- Het totale premievolume is €1,4 miljard. De sector keert jaarlijks €1,2 miljard uit.
- 2% (25.000) van de zelfstandigen is aangesloten bij een broodfonds.
- Het gemiddeld verzekerd inkomen is ongeveer €34.000.
- Van alle werknemers die langer dan één jaar ziek zijn, herstelt 56,7% in het tweede jaar.
- Verkorting loondoorbetaling naar één jaar kost €2,2 mrd extra door 22% hogere WIA-instroom.
Daartegenover is er druk op de vakbonden vanuit de achterban om de dekking en premie vergelijkbaar te maken met de WIA. Omdat dit het veronderstelde concurrentievoordeel van de zzp’er weg zou nemen. De 7% WIA-premie vinden werkgevers en zzp’ers veel te duur. Maar de bonden vrezen dat een lagere dekking later ook als basisvoorziening voor werknemers kan worden gezien, schrijft het FD.
De wachttijd
En dan is er nog de wachttijd. Hoe langer hoe goedkoper de verzekering. Voor werknemers geldt een wachttijd van twee jaar, waarin werkgever doorbetaalt. Dat vangnet bestaat net voor zzp’ers, hiervoor kunnen zij zelf een broodfonds of eigen vermogen voor gebruiken. De verschillende zzp-organisaties zitten op dit punt ook niet op één lijn.
Volgens Roos Wouters van de Werkvereniging zou een verzekering voor alleen volledige en blijvende arbeidsongeschiktheid, op 70% van het zogenaamde WIA-loon, niet meer dan €50 per maand kosten. Zij gaat uit van een inkomensafhankelijke premie. Voor de andere organisaties is een inkomensafhankelijke premie zeer onwenselijk omdat goedverdienende zzp’ers zich dan blauw zullen betalen.
Het advies van de sociale partners lijkt sterk op de aanbevelingen van de commissie-Borstlap. Hoewel de ideeën commissie naar de toekomst kijken moeten de organisaties met een advies komen waar het kabinet al voor de zomer mee aan de slag kan, aldus het FD.