Fiscaliteit is een boeiend vak door de continue veranderingen. Ook afgelopen Prinsjesdag zijn weer de nodige wijzigingen aangebracht. We lichten er 5 uit, om 2019 goed geïnformeerd te beginnen.
1. Verliesverrekening terug naar 6 jaar
De voorwaartse verliesverrekeningsperiode in box 2 wordt verkort van negen naar zes jaar. Dit zal voor het eerst gelden voor verliezen geleden in 2019. Verliezen van 2016 tot 2018 geldt nog steeds dat deze 9 jaar lang verrekenbaar zijn. In 2025 verdampt dus het verlies van 2016 én 2019.
Met de maatregel wil het kabinet de aandacht verleggen van langdurig verlieslijdende ondernemingen naar winstgevende ondernemingen. De redenering is: als een onderneming in zeven jaar tijd geen winst weet te maken, is het niet levensvatbaar. De inperking van de termijn voor verliesverrekening geldt zowel voor de VPB als voor box 2. Ook daar gaat de termijn terug van negen naar zes jaar.
2. Tariefwijziging lage btw 6 naar 9 procent
Met de hogere btw-heffing wil het kabinet de belastingdruk verleggen van arbeid naar consumptie. De verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent gaat in per 1 januari 2019. Dit heeft impact op de administratie, prijzen van goederen en diensten en de facturatie en btw-aangifte bij de jaarovergang.
Offertes die in 2018 worden gemaakt voor goederen of diensten die in 2019 worden geleverd moeten uitgaan van een btw-tarief van 9 procent. Volgens KPMG Meijburg geldt dit ook voor diensten en producten die al geleverd zijn in 2018, maar in 2019 pas betaald worden. Over producten en diensten die in 2018 al betaald zijn, maar in 2019 pas geleverd worden of plaatsvinden, hoeft volgens de accountantsorganisatie geen correctie plaats te vinden.
3. Auto
Voor volledig elektrische auto’s gaat een bijtellingspercentage van 4 procent gelden tot maximaal 50.000 euro van de catalogusprijs. Voor bedragen daarboven geldt het algemene bijtellingspercentage van 22 procent. Daarom ook wel de Teslataks genoemd. Uitgezonderd hiervan zijn auto’s die op waterstof rijden. Vanaf 2021 worden echter alle elektrische auto’s tegen 22 procent belast, is nu het idee. Naar verwachting gaat er echter nog wel een stimulans komen.
Als je besluit om de auto langer niet te gebruiken, dan hoef je ook geen wegenbelasting te betalen. Schorsing kan vanaf 2019 uitgebreid worden tot 2 en 3 jaar.
4. Fiets van de zaak
Ondernemers en werknemers kunnen vanaf 2020 eenvoudiger een fiets, elektrische fiets of speed pedelec van de zaak gebruiken voor privédoeleinden. Er komt net als voor (het privégebruik van) auto’s van de zaak een forfaitaire bijtelling voor het privégebruik van de bedrijfsfiets. Dit betekent dat zij jaarlijks 7 procent van de waarde van de adviesprijs van de fiets bij hun inkomen moeten bijtellen. Voor een fiets van 700 euro is dit 4 euro per maand. Het is voor de werkgever ook mogelijk om dit binnen de Werkkostenregeling aan te bieden.
5. Versobering 30% regeling
Het kabinet heeft besloten de maximale looptijd van de 30%-regeling voor buitenlandse werknemers met drie jaar te verkorten van maximaal acht jaar tot maximaal vijf jaar. Door alle commotie over het onmiddellijk in werking treden in januari 2019, heeft het kabinet toch besloten een overgangsmaatregel in te voeren. Dit overgangsrecht voor bestaande gevallen is maximaal tot 2020 te gebruiken.
In plaats van toepassing van de 30%-regeling kan de werkgever ook de werkelijke extraterritoriale kosten belastingvrij aan expats vergoeden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan home leave en een cost of living allowance. De belastingvrije vergoeding van werkelijke extraterritoriale kosten wordt in het Belastingplan ook beperkt tot een maximale duur van vijf jaar. Op het vergoeden van de werkelijke extraterritoriale kosten is het overgangsrecht voor 2019 en 2020 ook van toepassing.